Hoe geld uit mijn vennootschap halen?

Doe ik er goed aan om geld uit mijn vennootschap te halen? Wanneer doe ik dat het best? En hoe? Elke ondernemer stelt die vragen vroeg of laat. Op verkenning met Niko Hostyn, Manager Estate Planning Vlaanderen bij Degroof Petercam.

‘Geld uit uw vennootschap overdragen gebeurt in de praktijk meestal in bepaalde situaties’, zegt Niko Hostyn. ‘U hebt privé middelen nodig voor de financiering van een tweede woning, uw kinderen gaan studeren, u wenst comfortabeler te leven, enzovoort. Een overname van uw vennootschap of de instap van nieuwe aandeelhouders geven ook vaak aanleiding tot uitkering van middelen. Om de instapdrempel te verlagen, raden adviseurs in de praktijk vaak aan om eerst middelen die niet nodig zijn voor de bedrijfsvoering uit te keren naar het privé vermogen’, zegt Niko Hostyn.

Beleggen in een vennootschap is maatwerk.

NIKO HOSTYN
MANAGER ESTATE PLANNING VLAANDEREN BIJ DEGROOF PETERCAM

Andere fiscale realiteit

Bij ondernemers leeft nog vaak het idee dat dergelijke ‘overtollige’ liquiditeiten  altijd  zo snel mogelijk naar hun persoonlijk vermogen moeten worden overgeheveld. ’Vroeger was dat inderdaad zo. De vennootschapsbelasting was erg hoog terwijl de roerende voorheffing (RV) eerder laag was. Inkomsten uit liquiditeiten of beleggingen in een vennootschap werden dus stevig belast, terwijl dat minder het geval was voor de inkomsten uit liquiditeiten of beleggingen die u privé aanhield’, schetst Niko Hostyn. ‘Vandaag is de situatie anders: het tarief van de vennootschapsbelasting is nu een stuk lager (25%/20%), terwijl het basistarief inzake RV steeg tot het huidige tarief van 30 procent.’

Beleggen met ‘overtollige’ reserves

Zeker als u overweegt om te beleggen, denkt u beter goed na vooraleer u reserves uit uw onderneming haalt. ‘De taks op beursverrichtingen (TOB), bancaire vergoedingen en wisselkoerskosten zijn in principe fiscaal aftrekbaar als u met uw vennootschap belegt. Als privépersoon is dat niet zo. Meerwaarden op aandelen kunnen door particulieren in principe nog gerealiseerd worden zonder taxatie, maar ook vennootschappen kunnen fiscaal voordelig beleggen via zogenaamde dbi-fondsen. Bij dat type fondsen kunnen de dividenden en gerealiseerde meerwaarden nagenoeg volledig worden vrijgesteld van vennootschapsbelasting’, legt Niko Hostyn uit. Een dergelijk dbi-fonds moet weliswaar beantwoorden aan bepaalde voorwaarden en passen binnen uw risicoprofiel.

Onderstaand vereenvoudigd voorbeeld maakt duidelijk hoe groot het verschil kan zijn tussen privé beleggen en in een vennootschap beleggen.

Natuurlijke persoon Vennootschap
Beurstaks -20.000 EUR -20.000 EUR
Financiële opbrengsten 300.000 EUR 300.000 EUR
Management fee -50.000 EUR -50.000 EUR
Nettobedrag 140.000 172.500 EUR
Roerende voorheffing (30%) -90.000 EUR -90.000 EUR
Vennootschapsbelasting (25%)* -57.500 EUR
Verrekening RV +90.000 EUR

Een vennootschap of een natuurlijke persoon hebben elk in 2022 een actief beheerde beleggingsportefeuille van 10 miljoen euro. Er worden geen meerwaarden op aandelen gerealiseerd. Het rendement bedraagt 3 procent (300.000 euro). De beurstaks bedraagt 20.000 euro en de beheersvergoeding 0,5 procent (50.000 euro).

Voorbeeld

* De bruto-opbrengsten zijn 300.000 EUR - hier mag de beurstaks en beheersvergoeding van worden afgetrokken. De belastbare basis is derhalve 230.000 EUR.

Table: Degroof Petercam  Source: Degroof Petercam  Get the data  Created with Datawrapper

Men moet ook rekening houden met de eventuele latere uitkering, zo niet riskeert men appelen met peren te vergelijken. De middelen in de vennootschap moeten immers ooit eens uit de vennootschap gehaald worden en deze uitkering zal een fiscale kostprijs hebben. Maar ook rekening houdend met de uitkering, kan men in sommige gevallen netto meer overhouden door op lange termijn te beleggen via de vennootschap in plaats van snel uit te keren. Beleggen in een vennootschap is echter maatwerk.

Cash en beleggingen aanhouden in een vennootschap kan ook interessant zijn in het kader van de overdracht van het vermogen naar de (klein)kinderen. Successieplanning biedt hier antwoord op. ‘Op die manier kunt u stapsgewijs verantwoordelijkheden overdragen aan de volgende generatie en hen laten kennismaken met beleggen, bijvoorbeeld via schenkingen van de aandelen van de vennootschap met controlebehoud’, legt Niko Hostyn uit.

Geen ‘goede’ of ‘slechte’ oplossingen

In bepaalde gevallen kan het wél nuttig of noodzakelijk zijn om liquiditeiten uit uw vennootschap te halen: het toekennen van loon, een dividenduitkering, een kapitaalvermindering, een gebouw verhuren aan de vennootschap, een liquidatiereserve aanleggen, de zogenaamde VVPR bis-regeling, enzovoort. Ondernemers hebben vandaag een heel arsenaal aan oplossingen om middelen aan de vennootschap te onttrekken. ‘Hoewel bepaalde oplossingen met de jaren minder aantrekkelijk werden, zoals een kapitaalvermindering of een ’lening’ via de rekening courant, bestaan er geen ‘goede’ of ‘slechte’ oplossingen’, verduidelijkt Niko Hostyn. ‘Kies de oplossing in functie van uw situatie en noden, en die van uw vennootschap. Fiscaliteit is daar één aspect van, maar mag nooit de belangrijkste drijfveer zijn. Andere aspecten zoals zekerheid en gemoedsrust, eenvoud, enzovoort zijn even belangrijk. Een oplossing moet altijd steek houden.’

Soms is het beter om liquiditeiten in de vennootschap te houden en te beleggen.

NIKO HOSTYN
MANAGER ESTATE PLANNING VLAANDEREN BIJ DEGROOF PETERCAM

Loon als hefboom voor IPT

Nemen we het voorbeeld van loon. ‘Traditioneel vinden ondernemers dat een ‘slechte’ manier om cash uit een vennootschap te halen vanwege de hoge belastingdruk en de RSZ-bijdragen. Maar een hoger loon uitkeren kan soms wel interessant zijn’, nuanceert Niko Hostyn. Een hoger loon kan immers interessant zijn voor uw Individuele Pensioentoezegging (IPT). ‘De premies in dat stelsel zijn geplafonneerd in functie van uw loon (de zogenaamde ‘80-procent regel’). Met een loonsverhoging kunt u uw IPT nog efficiënter maken. Op de wettelijke pensioenleeftijd kan het pensioenkapitaal dan vaak worden uitgekeerd tegen een heel voordelig tarief.’

Lagere roerende voorheffing via een liquidatiereserve

Een oplossing die vandaag interesse wekt is die van de liquidatiereserve. Dat kan een idee zijn als u wat tijd heeft alvorens middelen uit uw vennootschap te halen. Terwijl u op een gewoon dividend 30 procent RV betaalt, kan die belasting via de aanleg van een liquidatiereserve verlaagd worden naar 15 procent of zelfs 10 procent bij een vereffening. ‘Vennootschappen kunnen hun winst ná belasting van het boekjaar, geheel of deels overboeken naar een liquidatiereserve’, legt Niko Hostyn uit. ‘Op het moment van de overboeking naar deze reserve, betaalt de vennootschap een bijzondere heffing van 10 procent. Bij een latere uitkering van deze reserve, geniet u dan het verlaagd tarief in de RV. Dat tarief bedraagt slechts 5 procent bij een dividenduitkering meer dan vijf jaar na de aanleg van de liquidatiereserve. Als de uitkering gebeurt naar aanleiding van de ontbinding van de vennootschap, is er zelfs geen bijkomende RV meer verschuldigd.’

Overgedragen winsten uit vorige boekjaren kunnen niet meer overgeboekt worden naar de liquidatiereserve. Het systeem is onderworpen aan verschillende regels en voorwaarden. Het aanleggen van een liquidatiereserve zal niet altijd nuttig zijn, maar in vele gevallen wel.

Goed om te weten: de middelen in de liquidatiereserve zijn geen ‘dood kapitaal’. ‘Ze kunnen belegd of geïnvesteerd worden in de vennootschap tijdens de wachtperiode van vijf jaar of zelfs daarna. Op die manier kunt u bijkomende opbrengsten genereren, die op hun beurt opnieuw kunnen genieten van het regime van de liquidatiereserve’, geeft Niko Hostyn mee.

‘Een andere, vaak onderbelichte manier om liquide middelen uit een vennootschap te halen is het zogenaamde ‘VVPR bis-regime’. Via dit stelsel kan een  kleine  vennootschap onder voorwaarden een dividend uitkeren aan zijn aandeelhouders tegen een tarief van 15 procent na een wachttermijn van drie jaar na de inbreng’, besluit Niko Hostyn.

door TaxCalCul 31 augustus 2025
De recente wijzigingen in de fiscale behandeling van hybride bedrijfswagens zorgen voor nieuwe mogelijkheden voor bepaalde ondernemers. Als boekhoudkantoor met ruim 40 jaar ervaring zetten we de belangrijkste punten voor u op een rij. Voor wie is de nieuwe regeling bedoeld? De nieuwe fiscale gunstmaatregelen voor plug-inhybrides zijn specifiek gericht op zelfstandigen en eenmanszaken in de strikte zin van het woord . Concreet betekent dit: U bent een natuurlijk persoon met een btw-nummer U bent onderworpen aan de personenbelasting U heeft uw activiteiten niet ondergebracht in een vennootschap Dit is een belangrijke beperking: ondernemers die werken via een BV, commanditaire vennootschap of managementvennootschap vallen buiten deze regeling. Volgens schattingen van Febiac zijn er ongeveer 190.000 zelfstandigen met een fossiele bedrijfswagen die in aanmerking komen voor deze nieuwe regels. Wat houdt de fiscale gunstregeling precies in? Voor nieuwe bestellingen in 2025 De nieuwe regeling brengt de hybride bedrijfswagen terug in het fiscale landschap. Vanaf 1 januari 2026 zijn hybride auto's opnieuw fiscaal aftrekbaar als bedrijfswagen, met een maximale aftrek die kan oplopen tot 100%, afhankelijk van de CO2-uitstoot: Hybrides met een CO2-uitstoot tot 75 gram per kilometer: aftrekbaar tot 100% Hybrides met een CO2-uitstoot boven 75 gram per kilometer: maximaal 75% aftrekbaar Let op: verandering in uitstootcijfers Hier schuilt echter een belangrijk aandachtspunt. Autofabrikanten moeten voor eind 2025 hun uitstootcijfers aanpassen aan de nieuwe Euro6e-bis norm. Deze aanpassing zal leiden tot een verdubbeling of zelfs verdrievoudiging van de uitstootcijfers, vooral bij hybride voertuigen. De exacte cijfers zullen pas eind dit jaar bekend zijn. Afbouw van de fiscale voordelen De nieuwe regeling is niet permanent: Vanaf 1 januari 2027 daalt het maximale aftrekpercentage voor nieuwe hybride bedrijfswagens met een uitstoot tot 50 gram CO2/km van 100% naar 95% Daarna daalt de maximale aftrek jaarlijks verder Na 31 december 2029 genieten nieuw bestelde hybrides geen enkele aftrek meer Hoe zit het met de tankkaart? De fiscale behandeling van de energiekosten voor uw hybride bedrijfswagen is als volgt: Elektriciteitskosten : De kosten voor het opladen van de batterij via laadpassen blijven tot eind 2026 volledig (100%) aftrekbaar. In 2027 daalt dit percentage naar 95%. Brandstofkosten : De aftrekbaarheid van de tankkaart voor benzine en diesel wordt sterk beperkt. De 50% aftrek tot eind 2027 geldt alleen nog voor auto's die vóór eind 2025 zijn besteld. Voor auto's besteld vanaf 1 januari 2026 zijn de fossiele tankkaarten niet meer aftrekbaar. Dit betekent dat het regelmatig opladen van uw hybride wagen fiscaal steeds belangrijker wordt. De oplaadkabel ongebruikt in de kofferbak laten liggen wordt een kostbare zaak. Wat als u onlangs een hybride bedrijfswagen heeft aangeschaft? Voor zelfstandigen met een eenmanszaak die vóór 31 december 2025 een hybride bedrijfswagen hebben besteld, blijft de huidige regeling van kracht. U kunt dit jaar blijven genieten van 75% aftrekbaarheid van de autokosten. Deze aftrekbaarheid wordt tot 2028 gedurende de hele gebruiksperiode vastgezet op 75%. Welke hybride wagens komen in aanmerking? Niet alle hybride voertuigen komen in aanmerking voor de gunstige fiscale behandeling. Alleen plug-inhybrides - auto's die zowel over een verbrandingsmotor als over een elektromotor beschikken én waarvan de batterij van buitenaf kan worden opgeladen - vallen onder de regeling. Bovendien moet u opletten voor 'valse hybrides'. Een auto wordt als 'valse hybride' beschouwd als: De auto per 100 kg autogewicht minder dan 0,5 kWh aan batterijcapaciteit heeft De CO2-uitstoot meer dan 200 gram per kilometer bedraagt Deze 'valse hybrides' krijgen een extra hoge fiscale CO2-uitstoot aangerekend, waardoor een groot deel van de fiscale aantrekkelijkheid wegvalt. Conclusie: wat betekent dit voor u als ondernemer? De nieuwe fiscale regeling voor hybride bedrijfswagens biedt zeker kansen voor zelfstandigen in eenmanszaken. Echter, gezien de beperkte doelgroep, de aankomende wijzigingen in uitstootcijfers en de geleidelijke afbouw van de voordelen, is het belangrijk om een weloverwogen beslissing te nemen. Bij TaxCalCul adviseren wij u graag persoonlijk over de fiscale implicaties voor uw specifieke situatie. Wilt u weten of u in aanmerking komt voor deze regeling en wat de concrete voordelen voor u kunnen zijn? Neem dan contact met ons op voor een vrijblijvend adviesgesprek. Disclaimer: Deze informatie is gebaseerd op de huidige stand van zaken. De definitieve regeling kan nog wijzigen tot de stemming en publicatie in het Staatsblad.
door TaxCalCul 22 augustus 2025
Als ondernemer wilt u natuurlijk optimaal profiteren van de vruchten van uw harde werk. Maar hoe haalt u op een fiscaal slimme manier geld uit uw vennootschap? In deze blogpost zetten we de meest voordelige mogelijkheden voor u op een rij. Waarom een vennootschap fiscaal interessant blijft Steeds meer ondernemers in de regio Antwerpen en het Waasland kiezen voor een managementvennootschap. De belangrijkste reden? Het fiscale voordeel. Met de verlaging van de vennootschapsbelasting naar 25% (en zelfs 20% voor de eerste €100.000 winst onder bepaalde voorwaarden) is dit aanzienlijk gunstiger dan de personenbelasting, waar al snel 53,5% van uw inkomen wordt afgeroomd, plus tot 20,5% socialezekerheidsbijdragen. Bovendien is een belangrijke drempel weggevallen: voor een besloten vennootschap (BV) is geen verplicht minimumkapitaal meer nodig. Tien fiscaalvriendelijke manieren om geld uit uw vennootschap te halen 1. Dividenduitkering met verlaagd tarief De meest directe manier om winst uit uw vennootschap te halen is via dividenden. Standaard worden deze belast aan 30%, maar via het VVPR-bis-regime kunt u vaak genieten van een verlaagd tarief van 15%. Let op: Er geldt een wachttermijn van drie jaar voordat u van dit voordelige tarief kunt genieten De regeling is alleen van toepassing op kapitaal ingebracht na 30 juni 2013 Heeft u al langer een vennootschap? Dan is het systeem van de liquidatiereserve mogelijk interessanter 2. Liquidatiereserve: nu nog voordeliger Met een liquidatiereserve kunt u winst fiscaalvriendelijk opzij zetten. U betaalt eenmalig 10% belasting op de in aanmerking komende winst van het boekjaar, bovenop de gewone vennootschapsbelasting. Bij stopzetting van uw vennootschap kunt u deze reserve belastingvrij uitkeren. Goed nieuws: De regering heeft besloten dat u deze reserves nu al na drie jaar kunt uitkeren tegen 6,5% roerende voorheffing (in plaats van na vijf jaar tegen 5%). Deze maatregel is sinds 1 juli 2025 van kracht. U kunt dus nu al kiezen: ofwel dividenden uitkeren tegen 6,5% roerende voorheffing na drie jaar, ofwel nog twee jaar wachten en 5% betalen. Voor nieuw aangelegde reserves geldt alleen het nieuwe regime met drie jaar wachttijd en een tarief van 6,5%. 3. Kapitaalvermindering: deels belastingvrij Een kapitaalvermindering is een derde mogelijkheid om geld uit uw vennootschap te halen. Het voordeel is dat een deel zonder roerende voorheffing kan worden uitgekeerd. Let wel op: sinds 2018 is dit niet meer volledig belastingvrij. U betaalt roerende voorheffing pro rata de verhouding van belaste reserves tegenover het kapitaal. 4. Vastgoed financieren via uw aanvullend pensioen Wist u dat u als zelfstandige of bedrijfsleider vastgoed kunt kopen met het geld dat u gespaard hebt via uw aanvullend pensioen? Via het Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen (VAPZ) of een Individuele Pensioentoezegging (IPT) kunt u fiscaal voordelig sparen. Het grote voordeel: u kunt een deel van deze gelden als voorschot gebruiken voor de aankoop van onroerend goed in België of elders in Europa. De intresten die u op deze voorschotten betaalt, kunnen lager liggen dan bij een traditionele hypothecaire lening. 5. Lening aan uw vennootschap via rekening-courant Als bedrijfsleider kunt u een lening toekennen aan uw vennootschap via uw rekening-courant. Voor deze lening of vordering ontvangt u intresten waarop u 30% roerende voorheffing betaalt. Dit is voordeliger dan uzelf loon uitbetalen, want daarop gelden de hogere tarieven van de personenbelasting plus sociale bijdragen. Voor uw vennootschap zijn de intresten bovendien aftrekbaar van de belastbare winst, in tegenstelling tot dividenden. Zorg er wel voor dat het geleende bedrag en de intresten proportioneel zijn, anders kan de fiscus die intresten alsnog als dividend beschouwen. 6. Forfaitaire onkostenvergoeding Zelfstandigen die regelmatig op verplaatsing gaan, kunnen aanspraak maken op een belastingvrije onkostenvergoeding voor binnenlandse dienstreizen. Dit kan op basis van werkelijke kosten of via bepaalde forfaits (maand- of dagvergoeding). Ook voor thuiswerk of wagenkosten kunt u forfaitaire vergoedingen uitbetalen, wat een fiscaal interessante aanvulling op uw inkomen kan zijn. 7. Opties of warranten Een minder bekende maar fiscaal interessante techniek is het toekennen van aandelenopties of warranten aan uzelf via uw vennootschap. Deze financiële instrumenten geven u het recht om aandelen te kopen tegen een vooraf vastgestelde prijs. Het voordeel: de toekenning wordt forfaitair belast tegen 18% tot 23% van de waarde van de onderliggende aandelen. Na een jaar kunt u de opties uitoefenen, en de eventuele meerwaarde bij verkoop van de aandelen is onbelast. 8. Maaltijd- en/of ecocheques Maaltijd- en ecocheques zijn niet onderworpen aan belastingen of sociale bijdragen, wat ze tot een fiscaalvriendelijk onderdeel van uw verloning maakt. Ze zijn weliswaar niet aftrekbaar in de vennootschapsbelasting, maar blijven een interessante optie. 9. Verhuren aan uw vennootschap Heeft u een werkplek in uw privéwoning? Dan kunt u deze verhuren aan uw vennootschap. Op de huurinkomsten mag u een kostenforfait van 40% aftrekken, waardoor slechts 60% belast wordt in de personenbelasting. Opgelet: De huurprijs moet marktconform zijn. Bij een excessieve huurprijs kan de fiscus deze herkwalificeren als loon, waarop personenbelasting en sociale bijdragen verschuldigd zijn. 10. Vergoeding bestuurder (tantième) Tot slot kunt u uzelf vanuit de vennootschap een tantième uitkeren als beloning voor geleverde prestaties. Het voordeel is dat deze kosten aftrekbaar zijn voor de vennootschap, en dat de tantième vaak een jaar later belast wordt in de personenbelasting, wat uitstel van belasting betekent. Persoonlijk advies op maat Bij TaxCalCul begrijpen we dat elke onderneming uniek is. Met meer dan 40 jaar ervaring in boekhouding, accountancy en vennootschapsrecht helpen wij u graag bij het maken van de juiste keuzes om fiscaal optimaal te profiteren van uw harde werk. Disclaimer: Dit artikel is informatief van aard en bevat algemene informatie. Voor specifiek advies toegespitst op uw situatie raden wij aan contact op te nemen met een van onze adviseurs. De fiscale regelgeving kan wijzigen, dus raadpleeg altijd een professional voor de meest actuele informatie.
door TaxCalCul 11 augustus 2025
Als ondernemer met een vennootschap wilt u natuurlijk op de meest fiscaal voordelige manier geld uit uw bedrijf halen. De liquidatiereserve is daarbij een waardevol instrument. Maar let op: de spelregels veranderen binnenkort. In deze blogpost leggen we uit wat dit voor u betekent en of het interessant kan zijn om opgebouwde liquidatiereserves sneller uit te keren.
Laad meer berichten